Prosecco Superiore di Conegliano-Valdobbiadene DOCG

09/12/2011

 

Italië en wijn zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De gunstige ligging van de laars, het klimaat, de bodemgesteldheid en de talloze inheemse druivensoorten, maken van Italië een land bij uitstek dat geschikt is voor de wijnbouw. De boeiende historie van de Italiaanse wijnbouw vindt zijn oorsprong ver voor onze jaartelling. De oude Grieken doopten het zuiden van Italië om tot “Oenotria” ofwel ‘land van de wijn’. In het centrale deel  van Italië waren de Etrusken buitengewoon actief en bekwaam in het maken van wijn. De Romeinen tenslotte brachten de wijnstokken via de havens van Ligurië verder Europa in. Iedere regio en iedere provincie heeft haar eigen specifieke smaken en druivensoorten.

Prosecco Superiore di Conegliano-Valdobbiadene DOCG

 

Het domein Conca d’Oro is een familiebedrijf en is ontstaan vanuit de grote passie voor wijn van de eigenaars. De wijngaard is perfect gelegen in de mooie heuvels in het hart van de appellatie Prosecco Superiore di Conegliano-Valdobbiadene DOCG. In de nieuwe wijnkelder van Conca d’Oro komen eeuwenoude tradities samen met vernieuwende en originele oplossingen waardoor een groot potentieel voor de toekomst verzekerd is.

De Prosecco Superiore komt uit een gebied van ongeveer 50 km ten noorden van de stad Venetië in de regio Veneto. De productiezone strekt zich uit in de heuvels van de provincie van Treviso en omvat het gebied tussen de steden Conegliano en valdobbiadene. Het gaat om een reeks van heuvelketens die van oost naar west lopen en de overgang vormen tussen de laaglanden en de Pre-Alpen. Het gebied ligt op gelijke afstand tussen de beschermende Dolomieten in het noorden en de Adriatische Zee, die een positief effect heeft op het klimaat. Het productiegebied omvat het grondgebied van 15 gemeenten en heeft een oppervlakte van ongeveer 20.000 hectare.

Prosecco Superiore Conegliano-Valdobbiadene is eigenlijk een appellatie zoals de Franse champagne dat ook is: de wijn mag alleen die benaming dragen als hij gemaakt is in het gebied Conegliano-Valdobbiadene in de regio Veneto. Sinds april 2010 is de appellatie opgenomùen in het selecte kransje van extra gecontroleerde benamingen, de DOCG. De wijn kan als vino frizzante of als spumante worden gemaakt. Het verschil zit hem in de bubbels, de druk in de fles. Spumante is de Italiaanse kwaliteitsbenaming voor een mousserende wijn die ten minste 11% alcohol bevat, met een druk van ongeveer 5,5 bar. Frizzante geeft aan dat de wijn half mousserend is (ongeveer 2,5 bar); de wijn bevat dus minder koolzuurgas en is in de regel ook lichter. Prosecco kan min of meer droog zijn (brut, extra dry of dry), maar is traditioneel extra dry, lichtjes zoet, met 12 tot 17g restsuiker. De verschillende types ontstaan door temperatuurregulaties tijdens de hergisting waardoor eventueel niet alle suiker in alcohol wordt omgezet en de wijn lichtzoet blijft.

Nieuwsbrief